Vertel mij wat

'Een emotioneel baasje en een echte liefhebber', schrijft Aad de Mos in zijn voorwoord

Een globetrotter of jobhopper mag je hem niet noemen, maar Jan Linkerhof (1955) heeft in zijn carrière toch heel wat clubs versleten. Hij begon bij Laakkwartier en verkaste al snel naar Wilhelmus waar hij als veelbelovend linksbuitentje van 17 in het eerste debuteerde. Daarna belandde hij bij een reeks mooie clubs in en buiten Den Haag, als speler en later als trainer, zoals VUC, VCS, Voorburg, de Valkeniers, DSO, RVC, BTC, Kranenburg, DUNO, Houtwijk, Rijswijk, JAC, Duinoord en RAS. Hij was zelfs als oefenmeester actief in Noord-Amerika en Zuid-Afrika. En als Zier Tebbenhoff zijn zin gekregen had, was hij zelfs trainer van de fameuze Antwerpse profclub Beerschot geworden.    

Nog altijd staat Jan Linkerhof vrijwel dagelijks op het malse voetbalgras om jong talent te vertellen hoe het moet. Dat kan hij namelijk als de beste: vertellen hoe het moet. In deze autobiografie doet hij dat ook. In geuren en kleuren. Soms lekker plat Haags en recht voor z’n raap. Maar ook ingetogen en geëmotioneerd. Want Jan Linkerhof is heel veel. Maar toch vooral ook een mens.